donderdag 30 januari 2014

Post

(voor de juiste muziek bij deze blog, klik hier)

Vol verwachting klopt mijn hart als ik 's avonds thuis kom. Ik open de zware voordeur, versnel mijn pas door de tussenhal en hou halt voor de kast met 16 brievenbussen. Ondertussen heb ik de sleutel al gereed. Een halve slag en het kleine deurtje vliegt open.

Soms ligt er niets en draai ik de sleutel teleurgesteld weer om. Soms ligt er een klein papiertje. Reclame van een ongedierte killer, loodgieter of iemand die graag een huis in deze wijk koopt. Het equivalent voor de nee-nee sticker, een gegraveerd bordje met in koeienletters de tekst 'geen commerciële aanbiedingen', wordt vrolijk genegeerd. En dat terwijl de drempel hoger is dan in Nederland, want de postbode heeft de sleutel niet die toegang geeft tot zijn bestemming.

Elke dag hoor je daarom op een bepaald moment tussen elf en één een belletjessymfonie door het gehorige pand. Op alle etages tegelijk rinkelt de deurbel. Wie doet er open voor de postbode?

Andere keren is er post, maar blijkt het voor de huiseigenaar te zijn. Maar soms heb ik echt geluk, dan is het een handgeschreven brief van een lieve vriend of vriendin voor mij persoonlijk. Een vreugdesprongetje. Halverwege de eerste trap is de brief al uit de envelop, bij de eerste etage zijn de eerste regels al gelezen, bij de voordeur sla ik de pagina om.

Wat ook kan is dat er een afhaalbericht ligt. Een pakketje te groot voor de smalle gleuf. “Vanaf morgen kun je het op komen halen op het postkantoor.” Aan de verzender zie ik dat het om een boek gaat, die een uitgever toegestuurd heeft om er een recensie over te schrijven(zie linker kolom). Het blijft nog even een verassing om welk boek het gaat.

Met dezelfde ongeduldige nieuwsgierigheid loop ik de volgende dag het postkantoor binnen. Het is er vol. Stampvol. Het lijkt wel of de halve buurt post heeft gehad en niet thuis was. Gelukkig zijn ze erop voorbereid. Het nummertjesapparaat draait overuren en spuugt een nummer uit, waar heel vriendelijk ook opstaat hoeveel wachtenden er nog voor je zijn. Zeventien. Het mag de pret om post niet deren.

Ik zie de berg pakketten en de rij ongeduldig wachtende ontvangers en vraag me af, is dit wel 21ste eeuw proof? Amazon is aan het experimenteren om pakketjes met een drone te laten bezorgen. De vraag is of deze je slaafs volgen naar waar je op dat moment bent of ook gewoon naar het huisadres vliegen. Hetzelfde voor de toenemende e-commerce sector: alle internetaankopen worden keurig thuis bezorgd. Je kunt het proces volgen en weet wanneer het bezorgd zal worden. Maar wat als je op dat moment toch ergens anders moet zijn? Laten bezorgen op kantoor is een optie, maar met het groeiende aantal zelfstandigen en de nieuwe arbeidsvormen, hoeft dat ook geen oplossing te zijn. Helaas is het hier ook niet gebruikelijk om je buren goed te kennen en vraagt de postbode de buurvrouw niet om de gunst van het pakketje later te overhandigen. Extreem is natuurlijk dat het pakketje helemaal niet bezorgd hoeft te worden, omdat het 3D thuis geprint kan worden. Maar zo ver zijn we nog niet.

Tot slot zag ik gisteren op kickstarter een project dat geweldig is voor postliefhebbers. Het brengt het digitale samen met het fysieke en heeft de succesformule van email als belangrijke basis. Het is ideaal voor eenieder die eigenlijk al op het moment dat de envelop de bodem van het postvakje raakt, een teken wil: You’ve got mail. Kijk maar eens naar Mr. Postman. Helaas hebben we niet zulke mailboxen in het dichtbevolkte Barcelona.



zondag 26 januari 2014

Taferelen

(voor de juiste muziek bij deze blog, klik hier)

Dwalend door een stad, wedijveren verschillende gezichtspunten om je aandacht. Je staat stil en laat je leiden door de lokroepen.  Opzij. Langszij. Achterom. Je ogen flitsen heen en weer. Je geheugen of je telefoon slaan beelden op, terwijl de omgeving langzaam verdwijnt. Je gaat op in dat wat je raakt om daarna ruw teruggetrokken te worden in de realiteit. “Kijk voor je”, vaak met een verzuchtende sis erachteraan “Rottoerist”. Duw in je rug. Terug in het gareel. Afgestompt, blik vooruit.

Maar de schoonheid van een stad is multidimensionaal. Laat je niet kennen door chagrijnige forenzen, met een verkeerd been uit bed gestapte bedrogen echtgenoten, tegen slaaptekort vechtende moeders of kortzichtig gehaaste toeristen. De glimlach van verwondering is bij hen verhuld achter een donderwolk. Wijk van de gebaande paden af! Kijk omhoog en zuig de overweldigende dynamiek van een stad op. Sta jezelf toe om even opzij te stappen. Krioel en gewoel voor een goede plek, hoort erbij om je te positioneren in een overweldigende stad.

Kijk omhoog en laat je prikkelen door de prachtigste taferelen. Kijk verder dan de stenen en het materiaal. Welk verhaal springt eruit? Op welke niveaus speelt het leven zich af? En welke emoties hebben de overhand?


Tussen Rambla de Catalunya en de Balmes, op de Consell de Cent staat een statig huis met vele balkons. Een poppenhuis. Op de tweede verdieping vindt een romance plaats. Een schilder met zwarte baret brengt een ode aan zijn muze. Zijn rechterhand op haar linker onderarm. Op het balkon ernaast een innige omhelzing tussen jonge geliefden. Hij is net terug van een zakenreis en heeft haar verteld dat ze de volgende keer mee mag. Gelukzalig hangt ze om zijn hals, New York is binnen handbereik. Vanaf de vierde verdieping loert een jaloerse minnares. Haar minnaar heeft net een bericht gestuurd. “Vandaag lukt niet, schat. Trek je morgen je zwarte setje aan? Kus.” Ze verstopt haar blik achter een grote turquoise hoed en vraagt zich af hoe lang ze de schijn nog op kan houden. Zal hij haar ooit zo verblijden als die jonge del in haar foeilelijke oranje jurk? De klusjesman van 4c heeft even pauze. Voldaan kijkt hij over de schoorstenen. Morgen is het weekend, dan gaat het dak eraf. Samen met de benedenbuurmeisjes.  De luiken van de derde verdieping zijn gesloten, het is slechts raden wat zich daar afspeelt. Zou de fantasie plaatsgemaakt hebben voor levensechte taferelen?


woensdag 22 januari 2014

Verrassing

Dit verhaal is geschreven voor een verhalenwedstrijd met het thema: "Ben even weg."

"Ben even weg" fluistert Tim in Nienke's oor. "Als ik je straks wakker maak, heb ik een verrassing." Glimlachend draait Nienke zich naar hem toe, maakt een kus beweging in de lucht en trekt de deken op tot aan haar hoofd.

Wat zullen haar vriendinnen vanmiddag te kijk staan! Nienke zal zich haasten om hen in kleuren en geuren te vertellen hoe galant ik ben. “Hij is echt een gentlemen. Een magische nacht dat ook nog beloond wordt met een goddelijk ontbijt op bed!” Als een lopend vuurtje weet volgende week de hele vereniging het en heb ik het daarna voor het kiezen. Ik zie die meiden al in zwijm vallen als ik enkel terloops even hun bovenarm aanraak, smult Tim.

Verse jus, croissants, aardbeien als afrodisiacum. Misschien nog een oester? Schmidt[1] is zeker al open, maar dan ben ik minimaal een half uur weg. Het moet ook niet te overdreven zijn. Met een bloemetje erbij is het net goed, precies zoals in Hollywood. Tevreden met zijn plan stapt Tim de badkamer op de benedenverdieping in.

Het is er vochtig en warm, wat zijn bril doet beslaan. Blijkbaar is hij niet de eerste wakkere in Huize Zaadmakers. Onhandig strompelt hij richting de wastafel en maakt met één hand zijn bril schoon en met de ander de spiegel. Hij ziet daarin een vage schim. Dat ook nog beweegt. Al rood aanlopend draait hij zich om en zet zijn bril op. Voor hem minimaal het jongere zusje van Venus. Dik zwart krullend haar valt over de handdoek tot ver over haar puntige borsten. Fonkelende blauwe ogen staren hem uitdagend aan. De zon beschijnt de vochtdruppels en geeft haar een stralende aura. Waar komt deze Schone vandaan? Recht uit het doek van Sandro Botticelli?  Zijn binnenste begint hard te kloppen.

De klokken van de Pelgrimvaderskerk halen Tim uit de betovering. Dat moet natuurlijk de vriendin van Beth zijn, die een paar dagen zou komen logeren. Ze deed er wat geheimzinnig over, maar in zijn oren kwam het over als gewoon een meisje, dat een of ander complex heeft. De mannen uit het huis hadden grappen gemaakt dat ze inderdaad wel zo'n tweede vrouw in huis konden gebruiken. Huize Zaadmakers is sinds jaar en dag een mannenhuis met één vrouw als gatekeeper en de laatste tijd waren de stieren opdreef.

Verontschuldigend draait Tim zich om. "Sorry, sorry..." stamelt hij onbeholpen, terwijl hij via de           spiegel zijn ogen niet van de handdoek af kan houden. "Het slot is kapot en daarom doen we een sok om de deurklink als iemand de badkamer privé nodig heeft. Hoe kan Beth vergeten zijn je dat te vertellen!"

"Dat is ze inderdaad vergeten." Terwijl de Schone dit zonder verwijt zegt, knoopt ze de handdoek los en valt het als een hoopje voor haar roodgelakte voeten. Tim gelooft zijn ogen niet. Dat was zeker niet per ongeluk. Hij wrijft wat wasem van de spiegel en ziet nu het lichaam in volle glorie, zoals het gemaakt is om te verleiden. Het meisje buigt lening voorover en pakt een sok. "Doe die maar om de deurklink. Denk dat het nu wel tijd wordt voor een privémoment.” En ze haalt langzaam haar wijsvinger langs zijn ruggenwervel. Als Tim een strakke linnen broek aanhad, was het kruis nu zeker kapot gescheurd.

Het bloed draaft door zijn aderen en belemmerd zijn denken. Bij elke slag van zijn hart wisselt zijn gedachte. Boven ligt Nienke. Op één oor. Ze hoort vast niets. Moet kunnen. Beth zal dit niet waarderen. De mannen zeker wel. Wat een heerlijk kontje. Niemand hoeft het te weten. Op de mannen na. Twee op één dag. Hoe meer, hoe beter. Geile pussy magnet! Eigenlijk ben ik een dief van mijn eigen portemonnee. Een gegeven paard mag je niet in de bek kijken. O, die sappige lippen. Wat een harde tepels. Als ik haar nu niet aanraak, bevriest ze van de kou. Ik moet haar opwarmen.

Tim doet haar sok om de deurklink en trekt de deur zachtjes dicht. Hij blaast in zijn handen. “Ik warm ze voor je op. Het liefst zou ik je met een fluwelen handschoen strelen.” Haar blonde armhaartjes gaan stijf overeind staan. Hij likt ze plat en wrijft met duim en wijsvinger de tepels zacht. Zij ontknoopt hem, bevrijd hem. Langzaam, doch dwingend dirigeert ze hem onder de douche. Warm water begint te kletteren, te spetteren en bevochtigt hen. Haar haren vormen zwarte slierten, waar een ivoor witte huid door heen schijnt. Als glibberige slangen kruipen ze over zijn schouder. Ze bijt zachtjes in zijn oor. Krabt zijn schouder en klimt in hem. Ze draait er niet omheen. Tijd om de artistieke vaardigheden in te zetten.  Tim neemt de leiding voor een ritmisch cadans. Snel, maar niet te snel. Ze geniet, maar tempert naar rustig en zacht. De badkamer hult zich in stoom. Stomende seks, grinnikt Tim bij zichzelf. “Presto e forte” wordt er in zijn oor gelispeld. Hij versnelt naar extreem snel. Buiten klinken opnieuw de klokken, binnen slaan ze op tilt. De volle ontluiking van de zomer. Hijgend laten ze elkaar los. Haar lichaam toont een en al dankbaarheid. Ze wikkelt haar haar in een knot en begint zich teen voor teen af te drogen. Hij blijft nog even onder de douche staan. Met zijn ogen dicht geniet hij na van hun symfonie. Heerlijk ontspannend.

De deur gaat open en dicht. Hij opent zijn ogen en weet dat hij alleen is. Traag klimt hij uit de douche. De badkamer is leeg. Alleen een rode lipstickzoen op de spiegel met eronder in sierlijke letters ‘Pank je’.  De D is al uitgelopen. Hij trekt het raam open en klopt zich als een Tarzan op de borst. Het liefst zou hij over de daken een oerkreet willen uitstoten, maar de badkamer kijkt uit op een steeg. Op een kale bakstenen muur. Te veel echo, bedenkt Tim zich. Hij raapt zijn kleren bij elkaar en kleed zich aan. Zijn sokken zijn weg. Er ligt alleen één grijze vrouwensok. Hij wringt zijn maat 45 erin en doet de deur op een kier. Van de klink haalt hij het rechterexemplaar. De letters op de spiegel zijn verdwenen. Nostalgisch veegt hij met de sok de lipstick weg. Niets meer dat herinnert aan de ouverture.

Zijn maag knort. Hij moet nog steeds een ontbijtje regelen. Naar buiten gaan kan niet meer, dat kost te veel tijd. Plan B. Als een jonge god loopt hij de keuken in. Op zijn plank staat alleen een pak Brinta en wat hagelslag. Dan maar op jacht bij de huisgenoten. De broodtrommel heeft enkel wat kruimels. Uit de koelkast begroet hem de geur van schimmelkaas. Niet precies waar hij aan dacht. Welke datum is het vandaag? De houdbaarheidsdatum van de meeste producten vertrouwt hij niet. Naast het bier staat een verdwaald pak Coolbest Apple Raspberry Romance. Perfect. Net genoeg voor twee cocktail glaasjes. Hij trekt de kastjes open. Er moet meer in huis zijn. Op de plank van Beth ziet hij een doos bonbons. Had Beth het laatst niet over afvallen? Dan help ik haar hier ook nog mee. Bij Piet ziet hij een nieuwe slagroomspuit. Naughty boy. Altijd voorbereid. Eigenlijk helemaal geen gek idee. Hij kijkt even naar beneden en komt hij tot de conclusie: dat moet lukken.

Nienke ligt er nog hetzelfde bij als vijf kwartier geleden. Zo zoet als chocolade. Hij trekt zijn trui uit en gaat op zijn rug liggen. Met zijn linkerhand schudt hij de spuitbuis. Een mislukte letter S valt op zijn borst. Goed genoeg. Op zijn lippen legt hij een bonbon. “Nienke, kijk eens wie er weer is.” Ze opent haar ogen en kijkt hem vertederd aan. Ze zoent Tim en ontfutselt de bonbon. “Wat lief, candyman”, smakt ze terwijl Tim de bovenkant van de S in haar mond ziet verdwijnen. Hij spuit nog een pijltje op zijn buik. Ze begrijpt de hint en kordaat grijpt ze hem vast. Het ritme van de herfst dit keer, denkt Tim en hij stort zich in een nieuw concert.



[1] Schmidt is een bekende viswinkel in Rotterdam