donderdag 11 september 2014

Toeriste

Het is nog warm en lang niet alle toeristen zijn huiswaarts gekeerd. De zon doet je verlangen naar de frisse zeewind naar je blote voeten op het strand, naar luchtige kleren in plaats van pak- of rokkostuum. Het is benauwd in de statige straten van Eixample. Kantoorpersoneel snelt zich naar beschutte, gekoelde lunchplekken. Toeristen genieten juist van de warmte en lopen tergend langzaam, alle ruimte innemend. Hierdoor kan je niet anders dan ze observeren.

Aan de gefronste wenkbrauwen van tegenliggers heb ik door dat ik spoedig een bijzonder toeristenexemplaar zou tegenkomen. Ditmaal een vrouw geheel in stijl met wat de mode ooit gedicteerd heeft, flexibel verschillende trends combinerend. Een fluorescerend roze top tot net onder de borst. Net te hoge sleehakken met bloemetjesmotief, waardoor bij elke stap de billen extra schudden. Billen die uit de mini-hot-pant glippen en ook nog eens doorschemeren door het witte nep kant. Alleen een roze tangaslip helpt je te realiseren dat dit daadwerkelijk bovengoed is en geen ondergoed, waar de toeriste zo trots in paradeert. Het geheel wordt gecomplementeerd door een handtas, waar meer stof in zit dan alle kledingstukken bij elkaar.  Kortom, een gewaagd plaatje dat de gemoederen van de voorbijgangers niet onverschillig laat.


De mooiste reactie was toch wel van de bedelaar op de Diagonal, die ik al maanden voor blind, dan wel slechtziend, aanhield door zijn onbeholpen maniertjes en extra dikke onmodieuze zonnebril. Wat blijkt? Hij vond het wel een mooi tafereel, want hij schoof zijn bril naar het puntje van zijn neus om over het montuur heen nog eens goed te gluren naar de weelde van de toeriste. 

maandag 8 september 2014

Metro XIII: Schijn bedriegt

Er zit een grijzende man tegenover me. Hij heeft een glimlach van flapoor naar flapoor en dichtgeknepen oogjes als een tevreden knorrende kat. In zijn hand houdt hij een iPhone waarop hij iets leest. Ik vermoed een prettig, grappig of lief bericht. Al naar beneden scrollend schudt hij zijn hoofd steeds vaker van links naar rechts en weer naar links. Er trekt iets boos over zijn gelaat. De zachte glimlach krijgt steeds meer weg van een grijns, maar rijkt nog steeds van oorlel naar lel.


Vervolgens pakt hij een bril uit zijn borstzak en leest het geheel opnieuw. Ogenschijnlijk met ongeloof. Ditmaal is de tevreden uitdrukking ver te zoeken. Het was helemaal geen lach, maar slechts de samentrekking van de oogspieren om zijn verziendheid iets langer te ontkennen. Schijn bedriegt.