zondag 5 oktober 2014

Slot

Als er een Seine had gelopen, de stad verdelend in een rechter en een linker deel, dan had het volgende fragment zich ook in Barcelona kunnen afspelen. Uitzonderingen maken moet kunnen. Een gastoptreden kan geen kwaad.

De Seine glinstert in de warme ondergaande september zon. Langs de wal flaneren romantische zielen. Op het water dineren toeristen, wiens smaak ondergeschikt is aan wat hun ogen aanschouwen. Op de kade staan de reeds doorgewinterde verkopers plakkaten en boeken op te bergen in de roestig groene houten overkappingen. Een enkele voorbijganger stopt nog even voor een praatje of onderhandeling, maar de meeste vergapen zich aan alles eromheen. Zo prachtig lichtkoraal en hemelsblauw belicht.

Over de Seine zucht de Pont de l´Árcheveche. Hoewel haar primaire taak nog steeds het bieden van een oversteek is van en naar het Ile de la Cité, gaat het heden gebukt onder een schreeuwende roep om aandacht. Geen tralie van het robuuste gietwerk is meer zichtbaar. Alles is bedekt met een twee-, drie- of vierdubbele laag aan sloten. Sloten als een gewaand teken voor eeuwigheid. Een bewijs van ‘ik was hier’, maar meestal ‘wij waren hier’. Soms is het ook een teken van liefde ‘een bewijs van onze eeuwige verbonden liefde’. Want een slot op een brug betekent symbolisch dat de brug niet meer open kan, waardoor de twee aparte helften voor eeuwig samenvallen. Ware het niet dat deze brug nooit open ging en dus de symboliek ver te zoeken is. Het is echter een illusie dat het slot, waar sommigen een aardig bedrag voor neertellen en dat een nieuwe markt voor sleutel- en slotmakers is, een eeuwig aandenken op de plek zal zijn. Daar maakt de kleine schavuit die gehurkt tegen de reling aan zit werk van.

Tussen de vele benen van de toeristen valt hij nauwelijks op. Hij heeft zich klein gemaakt en de bonte kleuren van de sloten, zorgen ervoor dat zelfs zijn opvallende kleding gecamoufleerd is. Aandachtig zoekt hij een slot uit, waarbij de opening nog vrij bereikbaar is. Dan pakt hij een haarspeld, waarschijnlijk die ochtend van zijn zusje gestolen, en begint ermee in een slot te wroeten. Deze schiet niet open. Hij kiest een volgend slachtoffer en legt zijn oor dichterbij het slot. Dit keer is de haarspeld vervangen door twee verbogen paperclips, die ´s ochtends nog vaders papparassen bij elkaar hielden. De jongen luistert aandachtig, het lawaai van sjokkende toeristen, straatzangers en de klokken van de Notre Dam maken het geen gemakkelijke klus. Hij probeert een derde slot. Een vierde. En dan verschijnt er een grote grijns. Geslaagd. Een groen geverfd slot met de initialen van tortelduifjes is los. De kleine schavuit stopt het trots in zijn zak en vervolgt zijn werk. Nog even oefenen en hij heeft de brug verlost van al zijn ballast, of toegang verkregen tot het dagboek van zijn zusje dat vast een gelijkend slot heeft.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten